En? Fit?

Gisteravond weer eens stevig getraind met de jongens van het zesde van SV Marknesse. Het was een mooie zomeravond. Het gras was net beregend en was fris en zacht. We stonden met 18 man op het veld en de stemming was opperbest. De gemiddelde leeftijd van onze groep is zo rond de veertig en de meest gestelde vraag aan het begin van zo’n avond is: “En? Fit?”
Voor mij was het zes maanden geleden dat ik die vraag met “Ja, dat lijkt er wel op.” kon beantwoorden. Dat is op zich altijd een slag om de arm, want het antwoord op die vraag weet je eigenlijk pas, als je even voluit bent gegaan. Er kan namelijk van alles gebeuren als je wat ouder bent. Meest kwetsbaar zijn kuitspieren en hamstrings. Verder komen rugklachten in onze groep veel voor. Het zijn eigenlijk alle spieren aan de achterkant van je lichaam, die op elk moment kunnen verstijven, verrekken of scheuren.
Tijdens de warming-up zag het er echter nog helemaal niet naar uit, dat ik de avond zonder deze aandoeningen zou doorkomen. Ik moest minstens twee rondjes om het veld lopen in een uiterst klein damespasje om vertrouwen in de spieren te krijgen, waarna het tempo geleidelijk opgevoerd kon worden. Na elke omgang uitgebreid rekken en strekken, en dan nog eens een rondje lopen. Steeds een tandje sneller en met iets meer moed. De rest van de groep was ondertussen allang aan het voetballen, terwijl nog maar eens rondje liep. Maar mijn stelregel: pas als je ook een sprint durf te trekken, mag je voor het eerst een bal aanraken. Het duurde gisteravond zeker een kwartier, voordat ik aan kon sluiten bij de groep. Dus het was logisch dat vrijwel iedereen vroeg: “En? Fit?”
“Ja, het lijkt er wel op.”

Dit bericht is geplaatst in samenleven en getagd , , . Bookmark de permalink. Reacties en trackbacks zijn beide momenteel gesloten.