Eerste gezicht

Ik weet niet hoe het precies werkt, maar er zijn mensen die mij op het eerste gezicht al volkomen tegenstaan. Het is heel erg oneerlijk, maar wat ze daarna nog zeggen of doen, kan mij maar moeilijk overtuigen van het tegendeel. Gelukkig komt het niet zo vaak voor. Misschien net zo vaak als die keren dat je op het eerste gezicht verliefd wordt.
Laatst was het weer zover. Ik zag haar staan bij de netwerkborrel en het was meteen mis. Het was een vrouw strak in de spijkerbroek, met moderne leren laarsjes eronder en daarboven dan een kort donker jasje met daaronder een wittig bloesje dat net even openvalt. Tja, die kleren zijn allemaal belangrijk voor de eerste indruk. Op zichzelf is er niks mis mee. Maar omdat dat mens dat allemaal aan heeft, deugt het niet.
En het gezicht dan? Niet zo heel veel bijzonders, mooi doorgroefd dat wel, waarschijnlijk van witte wijn en sigaretten. En dan net iets te blond haar, ooit wel de natuurlijk haarkleur, maar nu toch met een spoeling erin.
Ze is net iets te overtuigd van zichzelf. Ze kijkt als vanzelfsprekend een beetje op je neer (geringschattende blik). Ze maakt net even te nadrukkelijk te foute grappen. Ze loopt van de een naar de ander en breekt dan gewoon midden in gesprekken in. Maar het ergste is die veel te harde lach, die je ervan verzekerd dat de grap dit keer echt slecht was.
Zij kan er niets aan doen. Het zit in mij. Het zijn mijn demonen die zij vertegenwoordigt. Hoe dat precies werkt heb ik ooit eens op een cursus gehad. Niet dat dat heeft geholpen. Ik moet er maar mee leven: eens in de zoveel tijd is het afschuw op het eerste gezicht.

Dit bericht is geplaatst in samenleven en getagd , , . Bookmark de permalink. Reacties en trackbacks zijn beide momenteel gesloten.