Hagel

‘Maak je Echt Utrecht Selfie en maak kans op…’, staat onder de Toyota-advertentie op mijn Facebookpagina. Op mijn tijdlijn is er geen aanleiding om mij deze aanbieding te sturen. Ik schrijf niet over Utrecht, ik woon er niet, de laatste keer dat ik er was is ruim een half jaar geleden. Misschien heeft de marketingmanager een cirkel van vijftig kilometer rondom Utrecht getrokken en verleidt hij iedereen in die cirkel tot een bezoek aan Utrecht. Dan zullen al mijn Facebookvrienden uit Almere deze advertentie op hun pagina krijgen. Ik ben benieuwd hoeveel selfies van Echt Utrecht zij gaan posten.
De volgende dag is de advertentie alweer van mijn pagina verdwenen. Nu staat er een advertentie van Sportstudio Buiten, een sportcentrum vlak in de buurt: ‘Kom sporten en win een luxe vakantie!’ Dat is een logisch aanbod. Ik woon in Almere en doe aan sport. Daarboven staat een advertentie van Flying Blue American Express Gold Card: ‘Nu met 10.000 Award Miles cadeau!’ Dat snap ik dan weer niet. Zo vaak vlieg ik niet, en zeker geen 10.000 miles.
Ze zeggen dat het bedrijf Facebook zoveel waard is, omdat ze advertenties kunnen verkopen passend bij de gebruikers. We worden regelmatig gewaarschuwd dat ze alles van ons opslaan, zodat anderen precies de goede kleur sokken en de juiste soepballetjes kunnen aanbieden. Maar ik merk er niets van.
Het lijkt meer op schieten met hagel. Mijn profiel is voor Facebook nog niet veel scherper dan: een man van middelbare leeftijd uit Almere met een keurig inkomen. Vandaar de advertenties van auto’s, sportcentra, creditcards en niet te vermijden: een uitgebreid aanbod van datingsites met mooie vrouwen.
Dat verhaal van Facebook, Twitter en Google als Big Brothers is zwaar overdreven. In onze gemeentelijke basisadministratie zit nog steeds meer persoonlijke informatie dan in de gecombineerde database van deze alledrie bij elkaar.

Dit bericht is geplaatst in communicatie en getagd , , . Bookmark de permalink. Reacties en trackbacks zijn beide momenteel gesloten.