Aankoop

De doos van de nieuwe computer staat vol met geruststellende symbolen van gerenommeerde instituten. Ik leid daar uit af dat het Amerikaanse apparaat met vlag en wimpel door de Europese keuring is gekomen. Dit is geen aanslag op het milieu, er is geen ontploffingsgevaar en er is geen risico voor de volksgezondheid.
In de doos vind ik een brochure op flinterdun papier, waarin in kleine lettertjes staat wat ik gekocht heb, hoe ik het zaakje netjes moet uitpakken en waar de aan-uit-knop zit. De fabrikant dekt zich in met waarschuwingen in de vorm van verkeersborden en aanvullende instructies in vette letters met uitroeptekens.
Voorzichtig bevrijd ik het computerscherm en het toetsenbord uit het geraamte van karton en tempex, dat nu in grote stukken om mij heen ligt. Er valt een boek op de grond met de garantiebepalingen in zeventien talen.
Nu het hele gevaarte zo weerloos en naakt voor mij staat, is het echt van mij. Het is onomkeerbaar. In geval van spijt, krijg ik het nooit meer netjes terug in de doos. Het ergste wat me nog kan overkomen is dat het allemaal niet werkt. Ik vind de stroomkabel tussen het verpakkingsmateriaal met een extra waarschuwingslabel eraan. Verder is alles draadloos.
Als ik de computer opstart en de installatie begint, verschijnt er een lange lijst van licentievoorwaarden op het scherm, waar ik ongezien mee akkoord ga. Ik ga online. De fabrikant zit aan de andere kant van de oceaan achter een virtueel loket op me te wachten. Hij vraagt of ik me wil registreren als zijn klant. Hij verwijst verder naar een uitgebreide handleiding op zijn website.
Een fractie van een seconde heb ik te doen met de schrijvers van alle waarschuwingen, instructies, voorwaarden en handleidingen, die niemand leest. Dan bedenk ik me dat ze schrijven voor het meest winstgevende bedrijf van de wereld. Ze komen vast niets te kort.

Dit bericht is geplaatst in communicatie en getagd , , . Bookmark de permalink. Reacties en trackbacks zijn beide momenteel gesloten.