Tribune

De laatste tijd denk ik veel aan mijn vader. Dat is niet altijd zo geweest. Vorige week was hij zeven jaar dood en er zijn maanden voorbij gegaan zonder dat ik aan hem dacht. Overigens toen hij nog leefde, dacht ik ook niet veel aan hem. Mijn vader had de meeste invloed in de eerste achttien jaar van mijn leven, toen ik nog thuis in de Noordoostpolder woonde. Daarna zat hij min of meer op de tribune.
Tot 2007 woonde ik in Zuid-Limburg. Verder weg van Marknesse kon haast niet. Twee weken na zijn dood, ging ik op sollicitatiegesprek in Almere en niet lang daarna ging ik er wonen. ‘Flevoland was te klein voor mijn vader en ik’, grapte ik wel eens. Dat was natuurlijk overdreven, want ik had helemaal geen slechte relatie met mijn vader, maar als ik hem toen eens in het kwartaal sprak, dan vond ik dat wel genoeg. Behalve fanatiek klaverjassen hadden we niet zoveel gemeen.
Een half jaar voordat hij stierf had ik hem een lange brief geschreven, bij wijze van verjaardagscadeau. Zonder dat ik het toen wist, was dat eigenlijk een afscheidsbrief. Een uitgebreid dankwoord voor wat ik van hem gekregen en geleerd had, inclusief alle twijfels en ergernissen. Daarmee was alles uitgesproken en was het definitieve afscheid een half jaar later niet eens zo moeilijk.
Voor het eerst vraag ik me af wat hij ervan zou vinden dat ik in Almere woon. Een klein beetje pionier, net als hij. Zou hij het nog steeds jammer vinden dat die goede landbouwgrond aan de Oostvaardersplassen is opgeofferd? Vanaf ons huis hadden we er zo naar toe kunnen lopen. Hij zou vast mopperend met zijn hoofd hebben geschud.
Vandaag is zo’n dag dat ik aan mijn vader moet denken. Al heb ik zijn aanmoediging niet langer nodig, toch kijk ik even naar de verlaten tribune.

Dit bericht is geplaatst in verbinding en getagd , , . Bookmark de permalink. Reacties en trackbacks zijn beide momenteel gesloten.