Kapitaallasten

Ooit hebben we iets aangeschaft, bijvoorbeeld een computerserver van een ton en die schrijf je over vijf jaar af. Dat is 20.000 euro per jaar. Doe er nog 5% rente bij, dan zijn de kapitaallasten (afschrijving en rente) 21.000 euro. Dat bedrag zie je vijf jaar lang in je begroting staan, totdat die server is afgeschreven.
Die 21.000 euro mag je niet uitgeven. Het is bestemd voor de balans van de gemeente. Het geld storten we op een rekening (virtueel waarschijnlijk) waardoor de waarde van de server (na 1 jaar nog 80.000 euro) en het gespaarde bedrag (na 1 jaar: 20.000 euro) samen steeds 100.000 euro blijft. Dat doe je vijf jaar lang. Maar wat gebeurt er in het zesde jaar?
Normaalgesproken schaf je een nieuwe server aan. De oude is afgeschreven en bovendien heb je in de afgelopen vijf jaar 100.000 euro gespaard voor een nieuwe. Of je hebt je schuld afgelost. Wat op hetzelfde neerkomt, want als je geen schuld meer hebt, dan kun je nieuwe schulden maken.
Nu komt de Hollandse zuinigheid. Een blik in de serverruimte leert ons dat die server het nog prima doet. Hij kan nog wel een jaartje mee. Misschien wel twee. En dan is het kassa! Want als er geen kapitaallasten meer zijn, dan kun je dat geld ergens anders aan besteden. Of niet? Helaas! De kapitaallasten verdwijnen. De dienstbegroting krimpt met 21.000 euro. Je hebt het ook niet meer nodig, tenzij je een nieuwe server aanschaft en dan begint het hele verhaal opnieuw.
Als je zuinig bent dan heeft de gemeente een werkende server op de balans staan van 0 euro. Dat zou je kunnen kapitaliseren, want een extra jaar vlekkeloos draaien is 20.000 euro waard. Dat brengt me op de geniale gedachte: hoeveel goederen staan voor 0 euro op de balans en zouden we opnieuw kunnen waarderen? Misschien is de gemeente dan meteen uit de financiële problemen.

Dit bericht is geplaatst in verbinding en getagd , , . Bookmark de permalink. Reacties en trackbacks zijn beide momenteel gesloten.