Zondag

Het is zondagochtend, acht uur. De derde zondag van augustus. Het weer slaat om. Na een week van stabiel zomerweer, regent het nu en waait het. Het is stil in de wijk. Iedereen slaapt nog. Het is ook stil in huis. Het enige wat je hoort is het tikken van de klok en van het toetsenbord.
Het wordt een zondag om binnen te blijven. Misschien even uitwaaien in de loop van de middag, maar verder boekje lezen, tv kijken, potje vrijen als de stemming goed is, wijntje, kaasje, beetje simpel koken, Studio Sport… En daarna kondigt zich de rest van de week al aan. Even de email bekijken en de agenda, de stukken doornemen en op tijd naar bed.
Misschien zal ik ook nog iemand bellen vandaag. Mijn moeder, zeker. Maar wie weet ook iemand anders. De kans is klein. Als de zondag eenmaal zo lui begint, ontstaat er in de loop van dag een alles verlammende passiviteit. Dan is er geen beginnen meer aan. Luiheid maakt moe. De hartslag gaat op zo’n dag zoveel omlaag, dat het gat te groot wordt tussen niets doen en iets doen.
Meestal eindigt zo’n zondag in mineur. Dan vermengt de luiheid en vermoeidheid zich met spijt. Dan merk je dat de zuurstof in het huis op is, de ruimte te klein wordt. Wat hadden we er een leuke dag van kunnen maken, maar we hebben niets gedaan. Nu erger ik me aan jou. Jij had toch iets kunnen bedenken? En jij ergert je aan mij. Kun je nu nooit eens gewoon ontspannen?
Het is zondagochtend, acht uur. Met het einde voor ogen, begin ik plannen te maken. Dit is de agenda: schrijven, hardlopen, ontbijten, eindelijk die stoel schilderen, uitwaaien en uiteten. Wel om 19.00 uur thuis voor Studio Sport. Daar kun je natuurlijk niet omheen.

Dit bericht is geplaatst in schrijven en getagd , , . Bookmark de permalink. Reacties en trackbacks zijn beide momenteel gesloten.