Emotiemaatschappij

Ongeveer een jaar nu werkt de communicatieafdeling van de gemeente Almere samen met de Faculteit Communicatie en Journalistiek van de Hogeschool Utrecht. In het bijzonder met het Lectoraat Crossmediale Communicatie in het Publieke Domein. Vroeger heette dat gewoon Overheidsvoorlichting, maar dat is niet hip genoeg, zo blijkt.
Gisterochtend sprak ik met de onderzoeksleider en een paar collega’s over de onderwerpen van volgend jaar, waarmee we studenten kunnen verleiden bij ons hun afstudeeronderzoek te komen doen: communicatieve organisatie, digitale strategie, burgerschapsstijlen; thema’s in het hart van het vak. Maar zeg ‘stage bij de gemeente Almere’, dan begint een student glazig te kijken, aldus de onderzoeksleider.
Toevallig had ik vorige week vrijdag de lector zelf, Reint-Jan Renes, horen spreken over ‘de emotiemaatschappij’. Een fenomeen dat beschrijft hoe dankzij de social media de frustratie en woede van de samenleving onmiddellijk en in zijn volle omvang zichtbaar wordt en een enorme impact kan hebben op het publieke debat. Vroeger zette je gewoon ‘Den Uyl rot op’, ergens op een muurtje, of ‘Geen cent voor het leger’, en ik kan me voorstellen dat daar in de jaren zeventig door een langharige socioloog of neerlandicus nog wel eens proefschrift over geschreven is. Dus vergelijkend onderzoek is mogelijk.
Ook in Almere zien we de emoties hoog oplaaien op Facebook, Twitter en op de reactiepagina’s van Omroep Flevoland. Keihard, zonder enige gêne, in de ergste bewoordingen serveren mensen hun haat en boosheid helemaal uit. Wat ik altijd heb willen weten is hoeveel mensen dat doen, wat de aard is van hun argumentatie, wat ze in hun dagelijks leven doen, of ze een gezin hebben en of ze ook af en toe nog een beetje gelukkig zijn tussen alle boosheid door. Als ik dat zou weten, zou ik beter kunnen inschatten wat de betekenis is van hun bijdrage aan het publieke debat.
Kijk, is dat niet een mooie onderzoeksopdracht voor een derdejaars Communicatiestudent? Het levert vast een scriptie om met bloemrijke passages en een groot pallet aan schuttingtaal. Kom op derdejaars of vierdejaars: wie durft het aan? Deze blog mag wat mij betreft onmiddellijk gepubliceerd worden op de website van de faculteit.

Dit bericht is geplaatst in communicatie en getagd , , . Bookmark de permalink. Reacties en trackbacks zijn beide momenteel gesloten.